Kroningsoproer
Het kroningsoproer of de kroningsrellen van 30 april 1980 is / zijn een van de grootste ordeverstoringen of rellen in de Nederlandse geschiedenis in vredestijd. Tijdens de troonopvolging met inhuldiging van koningin Beatrix waren de straten van Amsterdam niet het toneel van het volksfeest waar de organisatoren op hadden gehoopt. Onder de leus ‘Geen woning, geen kroning!’ gingen krakers, autonomen en andere al dan niet radicale jongeren de straat op met verschillende doelen: een deel protesteerde tegen de woningnood, anderen waren van plan de kroning te verstoren. De dag eindigde in grote rellen, de inhuldiging en balkonscène vonden wel plaats.
Inhoud |
Aanloop
Het Amsterdam vanuit de jaren 70 van de 20e eeuw kende onder meer woningnood en langdurig leegstaande panden. Sommigen, veelal jonge mensen op zoek naar een woning of kamer, kraakten leegstaande panden als middel om in hun behoefte te voorzien. De kraakbeweging speelde hierin een belangrijke rol en deze manifesteerde zich nog op andere terreinen. Een punt van wrevel dat richting de inhuldiging ontstond, was het renoveren van diverse koninklijke paleizen (Paleis Noordeinde en het Paleis op de Dam) door het ministerie dat volkshuisvesting in haar portefeuille had. Factoren als onder meer een snelstijgende (jeugd)werkloosheid en onvrede over speculaties met panden speelden tevens mee.
In de stad Amsterdam was er in de maanden voor het kroningsoproer ook de nodige wrevel ontstaan tussen krakers en de politie. Tijdens een kraak, ontruiming en gewelddadige herkraak van een pand in de Vondelstraat vond een van de eerste echt gewelddadige confrontaties met de politie plaats. Voor de tweede ontruiming werd een pantservoertuig van het leger ingezet. Ook de voortdurende dreiging van de ontruiming van kraakpand de Groote Keijser zorgde voor spanning bij de op dat moment goed georganiseerde kraakbeweging. Tegen een achtergrond van grote woningnood en een georganiseerde tegencultuur van krakers, jongerenwerkers en politieke jongerenorganisaties werd de inhuldiging van koningin Beatrix aangegrepen om aandacht te vragen voor de woningnood. Onder de bekende leus ‘Geen woning, geen kroning!’ konden de aangekondigde acties aanvankelijk op steun rekenen van linkse partijen, bladen als de Volkskrant en Vrij Nederland en de omroepvereniging VARA. Voor de actiedag werden door het Landelijk Overleg Kraakgroepen ook buiten Amsterdam verschillende acties gepland om van de verwachte afwezigheid van de politie te kunnen profiteren.
Betrokkenen
Vanuit het kabinet werd een taakgroep ingesteld om de feestelijkheden voor te bereiden. Ook in de stad Amsterdam werden politie en college voorbereid op de taken voor de 30e april.
Ook vanuit de kraakbeweging werden flinke voorbereidingen getroffen. Vanuit het kraakpand de Grote Keijser zou de hele dag Radio de Vrije Keijser te horen zijn, daarnaast was er ook een stoorzender aanwezig. Verschillende kraakgroepen hadden kraakacties gepland en er waren plannen om de Dam vol met pamfletten te strooien. Deze mislukten echter vanwege een rekenfout.
30 april
Een kleine tienduizend politiemensen, marechaussees en militairen waren in Amsterdam om op deze dag de orde te bewaken. Het gebied waar de troonsafstand en inhuldiging plaatsvond (Dam en Nieuwe Kerk) was rondom afgegrendeld en bewoners in het gebied dienden een speciale pas te hebben. De binnenstad van Amsterdam werd met twee veiligheidslinies door de ME beschermd. Er waren sluipschutters en speciale eenheden die de Dam en de hoge gasten uit binnen- en buitenland bewaakten. De politie zette ook twee helikopters en verkenningseenheden op de grond in.
De VARA hield, samen met Radio Stad Amsterdam, een speciale live-uitzending.
De aanwezigheid van F-sidesupporters van Ajax moet vooral in de verwachte rellen en niet-republikeinse sympathie van deze groep gezocht worden.[bron?]
Tijdlijn
In de ochtend werden op kraakpanden door de stad spandoeken ontrold waarop “om half twaalf gebeurt het” en “11:30” te lezen stond.
Tijd | Gebeurtenissen |
11:00 | Op de hoek van de Kinkerstraat en de Bilderdijkstraat wordt een leegstaand kantoorgebouw gekraakt. Wegafzettingen worden gebruikt om zo op straat een feest te houden. De actievoerders zijn van plan alle autoverkeer tegen te houden maar de trams, die door het afsluiten van de binnenstad al nauwelijks kunnen rijden, door te laten. Door een communicatiefout van de politie komt deze informatie niet in de commandokamer aan en daarom wordt besloten tot inzet van de Mobiele Eenheid om de doorgang voor trams veilig te stellen. De Mobiele Eenheid, die door onduidelijke communicatie het bevel krijgt om de straat schoon te vegen, wordt door actievoerders strijdlustig ontvangen. Door de aanwezigheid van radioverslaggevers wordt het opstootje de ether in gezonden en komt zodoende terecht bij een groep van honderdvijftig F-side supporters van Ajax, die dan nog in de binnenstad zijn. De politiehelikopter meldt dan ook dat een groot lint van mensen zich vanaf de binnenstad naar de Kinkerstraat begeeft. Ook krakers worden opgeroepen zich daarheen te spoeden. Na een korte confrontatie trekt de Mobiele Eenheid zich terug. De verkenners die even daarna aankomen melden de commandocentrale dan ook dat er een feestelijke stemming heerst. Door dit eerste treffen lijkt de toon gezet en er worden ME-pelotons op toegangswegen naar de binnenstad gepositioneerd. Politiecommandant Rhoodes meldt over dit treffen: “Ik ben er zeker van dat de CPN achter die rotzooi in de Kinkerstraat zit.”[1] |
13:00 | Er wordt verzameld voor een demonstratie bij de Dokwerker. Onder de demonstranten zijn veel jongeren van de PSP en de JS die vlaggen meedragen. Ook heeft een deel van de F-side zich intussen aangesloten bij de demonstratie. |
13:45 | De stoet komt in beweging en trekt op in de richting van het Waterlooplein. Op de Blauwbrug staat de Mobiele Eenheid opgesteld om de doorgang naar de binnenstad te versperren. Er ontstaat een flessenhals en al snel komt het tot een treffen tussen demonstranten en ME. Binnen enkele minuten verandert de bouwput van het Waterlooplein in een geïmproviseerd slagveld. F-siders gooien geparkeerde auto’s in de gracht terwijl een stenenregen op de ME-linies neerdaalt. Door de onoverzichtelijke situatie op het plein, de inzet van traangas (dat door de wind vooral op de ME terechtkomt) en de stoorzender van de Grote Keijser zit er voor het ME-peloton op de brug niet veel anders op dan stand proberen te houden. Ondertussen proberen andere pelotons de brug te ontzetten maar deze worden op het plein teruggedreven en kunnen daardoor hun collega’s niet te hulp schieten. De demonstratie vervolgt ondertussen zijn weg richting de binnenstad via andere bruggen waar de ME niet staat opgesteld. Al snel loopt de menigte over de Damstraat richting het Rokin en de Dam. De verraste politie probeert halsoverkop meer ME naar het Rokin te sturen maar tot die tijd moet de demonstratie worden tegengehouden door een veertigtal gewone agenten. |
14:30 | In een poging het Waterlooplein schoon te vegen komen drie pelotons in moeilijkheden. In een wilde vlucht rijden de bussen met open achterdeuren weer van het plein af. Ook de politie te paard die al enkele charges uitgevoerd had, trekt zich terug. Tenslotte wordt ook de Blauwbrug opgegeven. De demonstranten in de Damstraat zijn inmiddels de Dam dicht genaderd maar ondernemen geen poging door de politielinie heen te breken. De toegesnelde ME kan de agenten aflossen en al snel daarna slaat de vlam in de pan. Een stenenregen treft de slecht uitgeruste ME’ers uit andere delen van het land. |
15:00 | Tijdens het begin van de plechtigheden dringt het rumoer vanaf de straat duidelijk door tot in de Nieuwe Kerk. Ook het lawaai van overvliegende helikopters en van sirenes maakt de gasten er niet gerust op. |
15:30 | Door de demonstranten in de Damstraat worden de eerste geïmproviseerde molotovcocktails gegooid. Hells Angels die in een café in de straat een biertje drinken zijn bang dat hun motoren door de demonstranten niet gespaard zullen worden en gaan de demonstranten zwaaiend met kettingen te lijf. Enkele demonstranten krijgen rake klappen, anderen worden in de gracht gegooid. De ME doet een stapje achteruit en zet vervolgens traangas in om de demonstranten terug te dringen. In de commandocentrale wordt duidelijk dat de troepen ‘op de grond’ het water aan de lippen staat en er worden reservetroepen aangevraagd uit Utrecht, Rotterdam en Alkmaar. Door de totale chaos waarin de stad zich dan bevindt en de afwezigheid van een adequate communicatie- en commandostructuur worden veel van de hulptroepen door heel de stad gereden en nauwelijks nuttig ingezet. De toesnellende ME die over het Rokin rijdt, waar dan de vrijmarkt aan de gang is, rijdt een bloemenkraam en een vistent om en een waterwerper knalt tegen een verkeerslicht aan. De ME-bussen worden achtervolgd door demonstranten van het Waterlooplein, waardoor de gevechten zich nu ook uitbreiden naar het Rokin. |
16:00 | De etalage van Vroom & Dreesmann wordt geplunderd. Ondertussen zet de ME nu haast onafgebroken traangas in tegen de demonstranten. Tot later op de avond ligt het zwaartepunt van de gevechten in de Damstraat en het Rokin. |
17:30 | Na overleg tussen de kraakgroepen wordt opgeroepen om te gaan kraken in plaats van rotzooi te schoppen. De oproep heeft weinig zin. De gevechten worden gaandeweg de avond grimmiger, een aantal ME-pelotons is ‘kwijt’ en het traangas begint op te raken. In het nauw gedreven ME’ers met onvoldoende bescherming beginnen terug te gooien met stenen. |
19:30 | Op het Damrak vinden de eerste insluitingen en arrestaties plaats, iets dat met veel vreugde door de moegestreden ME’ers wordt ontvangen. |
20:30 | Door inzet van een nieuw traangas, zogenaamd traan- en braakgas, krijgt de ME eerst rond de Damstraat en daarna ook op het Rokin het overwicht. Van opgeven is echter nog geen sprake, er worden barricades opgeworpen en de gevechten worden, hoewel door kleinere groepen uitgevoerd, feller. Op het Rokin weigert de ME, na het schoonvegen van de straat, nog verdere inzet. |
23:00 | Nadat in Paradiso een manifestatie tegen de monarchie afgelopen is ontstaat er op het Leidseplein een grote confrontatie. Er wordt wederom traan- en braakgas ingezet en er vinden veel arrestaties plaats, ook in cafés waar mensen zich proberen te verschuilen. De politie gebruikt hierbij methodes die “het daglicht niet kunnen verdragen.”[1] |
01:00 | De ME wordt weer teruggeroepen, de grootste rellen zijn over. |
Afloop
De materiële schade door de rellen liep in de miljoenen guldens. Honderden mensen waren die dag gewond geraakt.
Betekenis
Het kroningsoproer kan worden gezien als een omwenteling. Door de massaliteit van de rellen wordt het kroningsoproer tot de grootste ordeverstoringen voor Nederland in vredestijd gerekend. De rellen vormde vooral voor de kraakbeweging een aanzet tot verdere radicalisering. De jaren 1980-1985 zijn de gewelddadigste in de geschiedenis van de kraakbeweging. Politiek gezien was het thema woningnood niet meer te ontkennen, de leus ‘geen woning, geen kroning!’ heeft zijn uitwerking niet gemist.[2]
Literatuur (o.a.)
- De novelle De slag om de Blauwbrug van A.F.Th. van der Heijden speelt zich af tijdens de Kroningsoproer.
- In september 2008 verscheen in het opinieweekblad Vrij Nederland een interview met de Amsterdamse hoogleraar politicologie Jean Tillie, die daarin gedistantieerd terugblikt op deze gebeurtenissen, aan de hand van zijn herinneringen aan eigen deelname destijds, nog als eerstejaars student politicologie en kraker, en over de radicalisering van de kraakbeweging en het actiewezen, die vanaf 1980 plaatsvond en die zou culmineren in de “herovering” van het Amsterdamse kraakpand de Lucky Luijk in 1982 en de onlusten daaromheen[3].
- G.P.HOEFNAGELS De kroning en de woning: kenmerken van krakers en ME-ers : het relaas van een ME-er en de reacties van twee officieren van justitie, uitg. Donker, Rotterdam (1981). ISBN 90-6100-183-8.
Noten
- ↑ a b Eric Duivenvoorden (2005). Het kroningsoproer, 30 april 1980. Reconstructie van een historisch keerpunt. De Arbeiderspers.
- ↑ Nationaal Archief (red.), 30 april 1980, een ongekende troonswisseling, 28 april 2010
- ↑ Harm Ede Botje Jean Tillie: “Ik gooide met stenen naar de politie” in Vrij Nederland 20 september 2008 (jrg.69, nr.38), pag. 10-12.
Externe link
- Een koninkrijk voor een huis – Ruim één uur durende documentaire uit 1980 van Derk Sauer, Fons Burger en Adriaan Monshouwer. Ze filmden de kroningsrellen van nabij.
het weergeven van fraudes in de Welzijns en gezondheidszorg i.v.m. de opvang van dak en thuislozen in Nederland
zaterdag 19 juni 2010
De politieke belazermoraal in Nederland
Door de verzelfstandiging van woningcorporaties vanaf 1987 tot 1995 met de bruteringsoperatie toenemende aantallen dak en thuislozen zowel gezinnen als alleenstaanden door huisuitzettingen,door de duurdere huur en energie en ziektekosten en verlaging van de inkomens en door verhoging van belastingen en premies een toename van voedselbanken en inbreuken op de levens en gezinssfeer door relatiebreuken en echtscheidingen en sociale neergang.
Dit is met opzet gebeurd en met middelen die het menselijke verstand te boven gaan omdat dit sluipend is gebeurd via beleid middels de zogenaamde economische voorspoed en de daaraan gekoppeld de werk en consumptieslavernij die de burgers zoet moest houden en gelijk daar achteraan de veelheid van wet en regelgeving die uitlopen op pure betutteling en inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van jong en oud.
Dit gebeurde onder het bewind van de christelijke koopmanselite op het Binnenhof met de hand op de bijbel om zo een maakbare samenleving te creeren waar iedereen zich maar schikt naar de voorschriften van het CDA,PvdA en de andere politieke partijen die het parlement vertegenwoordigen,mocht u de gedachte hebben dat er een volksvertegenwoordiging aanwezig is in het parlement die voor uw belangen op komt zowel individueel of collectief dan kunt u dit gerust vergeten.
Zij hebben gezamenlijk de Nederlandse samenleving en alles wat opgebouwd is met noeste arbeid en met gemeenschapsgelden uitverkocht en u de burgerlijke inspraak ontnomen.
Elk lands economische en sociale ontwikkeling komt voort uit de voorgeschiedenis,wel u weet hoe onze geschiedenis eruit ziet,daarom heeft u nu demissionair Minister-President het al die tijd gehad over het VOC tijdperk met roof,bedrog en moord en de daaruit voorkomende graaiculturen tot op de dag van vandaag.
Onze “democratische maatschappij” is nu in handen gekomen van nationale banken,profit-instellingen en verzekeraars en multi-nationals die met uw gemeenschapsgelden overeind worden gehouden om zo via het maatschappelijk middenveld met zijn christelijke normen en waarden u onder de duim houden en uw leven en zelfstandig denken en handelen gaan controleren.
En dit gebeurt zonder Europese verdragen en de Universele Verklaring voor de rechten van de Mens na te leven en een ieder die hier tegen in protest gaat krijgt tegenwerking vanuit de politiek te verduren in zijn of haar persoonlijke levenssfeer en word het recht tot een zelfstandig bestaan ontnomen.
Werden onze lage landen en de bewoners in de 8ste eeuw na Christus gekerstend oftewel geevangeliseerd met het zwaard en het schild door de christelijke bezetters onder de bescherming van Graven en Hertogen en de legers die hun volgde,nu leggen de moderne christenen vertegenwoordigd in de culturele elite hun wil op aan het volk middels evangelische huurlingenlegers zoals het leger des heils e.a. met de chantage van geen bekering,dan ook geen onderdak,voedselvoorziening en medische zorg.
En daarbij word inbreuk in de persoonlijke levenssfeer middels de rechterlijke macht,sociale diensten en woningcorporaties en burojeugdzorg en reclassering niet geschuwd door onze dictatoriale en plunderende rijksoverheid.
Let wel, u heeft totaal niets te maken met het barbaarse VOC tijdperk en u hoeft u zich ook niet schuldig te voelen van wat er toen is gebeurd,dit kan allemaal op het conto geschreven worden van die christelijke koopmanselite die de aanzet gaf tot de plunderingen en vervolgingen van andere volkeren en bezettingen van andere gebieden.
Maar zij laten u wel voor de rekening opdraaien en wassen zelf hun handen in “christelijke onschuld” en spelen mooi weer met uw geld waar u werkend krom voor ligt en later als u bejaard bent dan word u weggeparkeerd achter de geraniums in een vezorgingshuis wachtend op was en voederbeurten en hopend op een dagje uit.
Bio Bekijk alles van Dick Swaab Word fan Abonnement
De mythe van de eigen verantwoordelijkheid
Wat dit kabinet kan leren van de hersenwetenschappen
Wij komen ter wereld met hersenen die door een combinatie van onze genetische achtergrond en de programmering gedurende de ontwikkeling in de baarmoeder uniek zijn geworden en waar onze karaktereigenschappen, talenten en beperkingen al voor een belangrijk deel in zijn vastgelegd.
Dit geldt niet alleen voor het IQ, het ochtend- of avondmens-zijn, de mate van spiritualiteit, neurotisch, psychotisch, agressief, antisociaal en non-conformistisch gedrag, maar ook voor de kans die we lopen op hersenziekten zoals schizofrenie, autisme, depressie en verslaving. Zijn wij eenmaal volwassen, dan zijn er grote beperkingen aan de modificeerbaarheid van onze hersenen, en liggen onze eigenschappen vast. De bouw van onze hersenen die zo tot stand is gekomen bepaalt hun functie, wij zijn ons brein.
We zitten door onze genetische achtergrond en alle factoren die vervolgens op onze vroege hersenontwikkeling hun permanente effect hebben gehad vol met ‘interne beperkingen’ en zijn dus niet vrij om te besluiten te veranderen van gender-identiteit, seksuele oriëntatie, het niveau van onze agressie, van ons karakter of onze moedertaal.
‘Aangeboren’ is daarbij niet hetzelfde als ‘erfelijk’. Op het moment dat de genen van onze vader en moeder geschud zijn, hebben wij een belangrijk deel van ons karakter, IQ, en de kansen op hersenziekten voorgoed meegekregen. Maar vanaf het moment van de conceptie speelt ook de omgeving in de baarmoeder een essentiële rol in de hersenontwikkeling.
Omgevingsfactoren zijn cruciaal voor de hersenontwikkeling, maar in tegenstelling tot wat werd gedacht in de jaren zestig en zeventig is niet zozeer de maatschappelijke omgeving na de geboorte, als wel de chemische omgeving voor de geboorte het belangrijkste. Wij weten bijvoorbeeld uit het Amsterdamse Hongerwinteronderzoek dat intra-uteriene ondervoeding de kansen verhoogt op schizofrenie, depressie, een antisociale persoonlijkheidsstoornis, verslaving en vetzucht. Ondervoeding in de baarmoeder leidt tot een gestoorde hersenfunctie van het kind, waardoor dit kind in volwassenheid niet in staat is voor optimale omstandigheden en voldoende voedsel voor een volgende generatie te zorgen. Alleen een betere verdeling van het beschikbare voedsel over de wereld kan die vicieuze cirkel doorbreken.
Toch speelt ook de omgeving na de geboorte een rol bij de ontwikkeling van de hersenen. Stimulatie tijdens de vroege fase in een omgeving die door het kind als veilig en vertrouwd wordt ervaren is cruciaal voor een optimale hersenontwikkeling. Verwaarlozing of misbruik van een jong kind kan leiden tot een permanent achterblijvende hersenontwikkeling en verhoogde activatie van de stress-as. Vervolgens is er maar een relatief klein probleem in de omgeving nodig om de stress-as sterk te activeren en een depressie te veroorzaken. Een snelle ingreep van hulpverleners bij een kind dat in zulke omstandigheden opgroeit, is noodzakelijk, en vraagt om een veel efficiëntere organisatie van het hulpverleningscircuit. Ook de hechting van het kind kent een kritische ontwikkelingsfase, waarbij het oxytocine, ‘het hechtingshormoon’, een belangrijke rol speelt. Te lang zonder ouders of pleegouders en de oxytocinespiegels zijn langdurig, mogelijk zelfs permanent verlaagd. Plaatsing van een kind uit een kindertehuis in een pleeggezin moet dan ook zo vroeg mogelijk plaatsvinden, wil een optimale hechting aan de pleeg-ouders nog mogelijk zijn. Een stimulerende verrijkte omgeving is noodzakelijk voor een goede hersenontwikkeling na de geboorte.
De politiek is nooit tot de conclusie gekomen dat de ‘maakbaarheid’ van onze hersenen een onjuist concept was. Integendeel, vanaf de jaren tachtig begon de politiek, als reactie op de topzwaar geworden verzorgingsstaat en de economische crisis van toen, de eigen verantwoordelijkheid van mensen voor hun welvaart en welzijn sterk te propageren. Mensen zouden hun lot in eigen hand hebben, werd ze verteld. Dat klopt niet met de vele studies die laten zien dat de capaciteiten van mensen in grote mate worden bepaald door erfelijke eigenschappen en invloeden uit de omgeving tijdens de vroege ontwikkeling.
Als er een achterstand in het onderwijs is opgelopen, dan is dit moeilijk in te halen. Een aangeboren gebrek aan capaciteiten is helemaal niet in te lopen. Bovendien worden aan mensen in de huidige prestatiemaatschappij steeds hogere eisen gesteld, en lijken steeds meer mensen daar niet aan te kunnen voldoen. Mensen die onvoldoende capaciteiten hebben meegekregen of psychische problemen hebben, krijgen nu onterecht de schuld van hun eigen mislukking.
Een gemakkelijke oplossing voor deze problematiek is er niet. We kunnen het uiterste proberen te doen om de vroege ontwikkeling zo goed mogelijk te laten verlopen en schadelijke invloeden te voorkomen. Maar we moeten ook accepteren dat in zo’n complex proces als de hersenontwikkeling zo nu en dan iets mis zal gaan, wat altijd bij een klein deel van de mensen zal leiden tot onvoldoende capaciteiten, geestelijke achterstand en neurologische of psychiatrische problemen. Dit kan ieder kind overkomen in ieder gezin, en de maatschappij zal daar haar verantwoordelijkheid ten volle voor moeten nemen met aangepaste banen, uitkeringen en een goede praktisch gerichte begeleiding. Hier ontbreekt nog veel aan. Men moet tevens door opleiding en voorlichting proberen de schuld van deze problematiek niet langer in de schoenen te schuiven van degenen die buiten hun schuld een hersenontwikkelingsstoornis opliepen.
Lees meer over de werking van onze hersenen in het nieuwe boek van Dick Swaab: Wij zijn ons brein
Wat is er zo ergerlijk aan bedelende daklozen?

Goed, er zijn verschillen tussen het daklozenbeleid van Londen en Rotterdam. In Londen ligt de nadruk meer – zoals je van een linkse regering mag verwachten – op het bieden van kansen aan daklozen om een gewoon leven te gaan leiden. Er is veel geld geïnvesteerd in outreachendende hulpverlening, opvangplaatsen, woonbegeleiding, dagbesteding en preventie (in gevangenissen, leger en jeugdinrichtingen, als belangrijkste leveranciers van daklozen). De sancties – zoals bekeuren van bedelaars – zijn pas later goed ontwikkeld. Londen legt dus meer nadruk op empowerment. Rotterdam is ‘rechtser’ – de nadruk ligt meer op repressie. Dat Londen onder een sociaal-democratische regering valt, en Rotterdam onder een rechts stadsbestuur, kun je dus wel enigszins in het beleid terugzien. Maar het is een accentverschil. Want ook in Rotterdam is zeker aandacht voor de sociale, welzijnsgerichte kant. Bijvoorbeeld het uitzendbureau van Nora Storm, Havenzicht of de schuldhulpverlening aan daklozen. En ook Londen kent de laatste jaren steeds meer repressief beleid.Wonen of brommen
Tijdschrift: Z-magazine, vrijdag 27 mei 2005De overheid moet woningbouwcorporaties in het hele land verplicht om voorzieningen te treffen voor daklozen. Als dat is gelukt, moeten daklozen verplicht wonen. Op straffe van de cel. Vindt Co Verdaas, Tweede Kamerlid voor de PvdA.
Begin dit jaar ben je naar Engeland geweest om te kijken welke oplossing de regering daar heeft bedacht voor het daklozenprobleem. Vanwaar opeens die interesse?
“Die interesse is voor mij niet nieuw. Voordat ik lid werd van de Tweede Kamer, was ik directeur bij een woningcorporatie. In die functie moest ik iemand op straat zetten. Op zich terecht, die man maakte het leven van zijn buren tot een hel. Maar ik vond dat ik dan wel een vervangende woonplek moest bieden. En die was er niet. Toen ik in de Kamer kwam, wist ik meteen: dakloosheid wordt mijn ding. Anderhalf jaar terug heb ik daarom Minister Dekker een plan aangeboden met als kern de Woonladder. Dat houdt in een breed scala aan woonvoorzieningen, dus meer dan alleen de keuze tussen de straat of een rijtjeshuis.
En wie daar niet gebruik van wil maken moet maar de gevangenis in?
“Dat stond helemaal niet in mijn oorspronkelijke manifest. Maar inmiddels ben ik politicus genoeg om iets voor het voetlicht te krijgen. Tijdens ons bezoek aan Londen hebben Jelleke Veenendaal en ik veel kunnen bespreken. En nu is niet alleen het CDA maar ook de VVD voorstander van mijn plan, nota bene een plan van de oppositiepartij. Wat in Engeland de doorslag gaf was de dwang die daar formeel op daklozen kan worden uitgeoefend. Dreigen met de cel – en daar sporadisch ook gebruik van maken – is een zetje dat sommige daklozen blijkbaar nodig hebben om ze ‘wakker te schudden’.
Maar mensen die geen strafbare feiten plegen kun je toch niet zomaar opsluiten?
“Een stagiaire bij de Amsterdamse politie zoekt momenteel uit wat de juridische mogelijkheden zijn. Het ziet er naar uit dat ook in EU-verband geen bezwaar te verwachten is.
De kreet’opvang of de cel in’ is toch meer iets voor de LPF?
“Het gaat heus niet om langdurige straffen. En nogmaals, straffen is ook helemaal niet de kern van mijn plan. Voordat je überhaupt met een maatregel kunt dreigen moet er toch eerst voldoende opvang komen. De media hebben het aspect van de gevangenis uitvergroot. Ik zit er niet mee. Nu staat het onderwerp tenminste op de agenda.
Uit onderzoek is gebleken dat het merendeel van de daklozen helemaal geen gebruik wenst te maken van de opvang.
“Dat klopt. En dat is ook logisch. De huidige opvang bestaat grotendeels uit noodoplossingen. Mensen kunnen vaak een paar dagen ergens overnachten en moeten dan weer wat anders regelen. Bovendien heb je in de opvang weinig privacy, geen eigen plekje. Zo komen mensen nooit tot rust. Zo houd je daklozen dakloos. Zonder een eigen stek, in welke basale vorm dan ook, blijven mensen in hetzelfde cirkeltje ronddraaien. Die cirkel wil ik juist doorbreken.
Het klinkt allemaal wel erg simpel en voor de handliggend. Er wordt toch al jaren gepraat over het daklozenprobleem?
“Inderdaad. Gepraat wordt er genoeg. Daar krijg ik echt rode vlekken van. Het punt is dat de nadruk altijd heeft gelegen bij de hulpverlening, de software. Maar woningcorporaties, die voor de hardware moeten zorgen, hebben daklozen nooit als hun klanten beschouwd. En daar wringt de schoen. Er moeten meer soorten woonvoorzieningen komen. En dat hoeven geen rijtjeshuizen te zijn. Wat mij betreft laat je het aan de dakloze over wat hij of zij wil. Ergens een beschut afdakje? Prima. Een wooncontainer? Een eenvoudige kamer? Een groepswoning, al dan niet onder begeleiding? Het maakt niet uit. Als mensen maar een veilige, droge en schone plek hebben vanwaar uit ze een volgende stap kunnen maken.
Zodat ze geen overlast meer veroorzaken?
“Het gaat mij er niet om dat we de straten schoonvegen. Maar het overlastcriterium speelt zeker een rol. Als bij mij in Zwolle om de hoek op een kinderspeelplaats iemand regelmatig heroïne gebruikt en kinderen vinden later de lege spuiten, dan wil ik kunnen ingrijpen.”
Voorwaarde is wel dat ze zich laten registreren.
“Er zullen altijd mensen zijn die zich aan de maatschappij onttrekken. Maar nu ontrekt de maatschappij zich aan de daklozen, dat kan natuurlijk niet.”
Gemeenten zitten niet te springen om de opvang te verbeteren. Ze zijn bang dat ze daarmee nog meer daklozen en ontheemden trekken. Zitten zíj opgescheept met het probleem.
“Gemeenten doen inderdaad niet erg hun best om de opvang aantrekkelijk te maken. Daarom moet er ook een centrale aanpak komen. De overheid moet alle corporaties verplichten om voor daklozen voorzieningen te treffen. In elke stad, in elke provincie. Dat mag je niet aan individuele gemeenten overlaten.”
Wanneer wordt de woonladder werkelijkheid?
“Oh, dat kan nog wel een paar jaar duren. Maar dan hoop ik ook echt dat het goed geregeld is.”
HET PLAN VAN CO VERDAAS
Het probleem van dakloosheid in Nederland neemt eerder toe dan af. Inmiddels zijn er volgens Co Verdaas (lid van de Tweede Kamer voor de PvdA) al ongeveer honderd duizend daklozen. Verdaas ging begin 2005 samen Tweede Kamerlid voor de VVD, Jelleke Veenendaal naar Engeland om te kijken hoe ze dáár het probleem aanpakken. De Britse overheid heeft sinds 2001 een nieuwe wet: de ‘anti-social behaviour-act’. Buitenslapers worden benaderd en voor de keuze gesteld: gebruik maken van opvang of de cel in.
Co Verdaas wil nu ook in Nederland een centrale aanpak van dak- en thuislozen. Momenteel maken de gemeenten elk hun eigen beleid en dat werkt niet, volgens Verdaas. Te veel dak- en thuislozen zorgen voor overlast, vinden veel burgers. En dat moet nu maar eens afgelopen zijn. Wie niet gebruik wil maken van de opvang riskeert gevangenisstraf. Een nieuwe wet moet dit mogelijk maken. Verdaas wil dat hulpverleners en politie daarmee meer druk kunnen uitoefenen op daklozen om zodoende de zorgmijders ‘beter bij hun kladden te kunnen pakken.’
Tegenover de verplichting van de dak- en thuisloze om gebruik te maken van de opvang, moet de verplichting staan van de overheid om voor goede opvang te zorgen. Ook daar ontbreekt het volgens Verdaas momenteel aan. Er moeten meer woningen komen voor dak- en thuislozen die al op straat wonen.
Daarnaast wil hij meer doen aan preventie, om te voorkomen dat mensen op straat belanden. En hij wil een verbod voor woningcorporaties om tot uitzetting over te gaan, zonder daarbij alternatieve woonruimte – in welke vorm dan ook – beschikbaar te stellen.
Ten derde wil Verdaas dat de zorg verbetert. Minder regels, meer coördinatie. Hulpinstanties zijn er volgens hem al genoeg. Die moeten alleen beter gaan samenwerken.
WET TEGEN LANDLOPERIJ
Het landelijke wetsartikel 432 tegen landloperij en bedelarij werd in oktober 2000 afgeschaft .
Het werd in de Napoleontische tijd ingevoerd, toen veel werklozen en daklozen noodgedwongen over straat zwierven en vooral in steden voor overlast zorgden. De straffen varieerden destijds van 12 dagen cel tot verplichte opname in werk- en heropvoedingskampen als het beruchte Veenhuizen. Sinds 1 januari 2003 is in Amsterdam een bedelverbod opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening.
SPIERBALLENTAAL
Harry Mik, een betrokken burger en ex-secretaris van de Belangengroep Groningse Tippelaarsters, heeft regelmatig contact met dak- en thuislozen.
Mik: “Dakloos word je natuurlijk niet omdat je zweetvoeten hebt. Het plan Verdaas klinkt aardig maar laat hij eerst maar eens zien dat hij spierballen heeft. Met plannen zoals ‘opvang of de cel’ scoor je natuurlijk bij het publiek, dat denkt: ‘zijn we eindelijk van die zwervers af”. Zijn oproep ‘meer woningen voor daklozen’ spreekt me daarom meer aan. Van daaruit kun je de daklozen weer op rails zetten en terug in de maatschappij leiden waardoor ze weer een stukje van ons worden. Na de eerste opvang en een periode van rust moeten mensen kunnen werken aan de toekomst, niet in een volgepropte tijdelijke opvang, maar op je eigen kamertje en dan ’s morgens naar je baas. En daarin moeten daklozen gesteund worden door hulpverleners die dan wel vierentwintig uur per dag te bereiken moeten zijn.”
BEGRIPSVERVAGING
Jet van der Velden is sociaal psychiatrisch verpleegkundige bij het ‘rehabteam’ van het Mentrum in Amsterdam. Het rehabteam richt zich op mensen met een psychiatrische stoornis die een aantal belangrijke zaken voor zichzelf niet meer kunnen regelen. Zoals werken, wonen en zichzelf verzorgen. De cliënten van het Rehabteam zijn allen dak- en thuislozen: ze leven op straat of in een sociaal pension.
Van der Velden: “Wat ik vind van de keuze tussen cel of opvang? Belachelijk. Politici leiden aan begripsvervaging, lijkt het wel. Alleen toerekeningsvatbare mensen die strafbare feiten plegen horen in de gevangenis. Buitenslapers verdienen zorg, geen straf. Wat we in de zorg nodig hebben is meer personeel voor ambulante zorg. We moeten vaker de straat op kunnen om onze klanten op te zoeken en te begeleiden. En dan niet alleen onder kantoortijd. Per verpleegkundige hebben we nu dertig cliënten, dat zou de helft moeten zijn. Begeleiding kost veel tijd, mensen zijn vaak erg argwanend. Wat wil je ook als je lang aan je lot bent overgelaten? Voor verstandelijk gehandicapten bestaan er al jaren kleine zelfstandige woonheden waar mensen onder begeleiding kunnen wonen. Waarom zijn er niet zulke eenheden voor de groep psychiatrische dak- en thuislozen?”
TOPPIE
Siggy (48) is al tien jaar dakloos. Hij bivakkeert meestal ergens op een bootje, onder een dekzeil. Hij heeft wel eens in de gevangenis gezeten.
Siggy: “Daklozen die zich weten te gedragen, moet je gewoon met rust laten. Daklozen horen bovendien bij het straatbeeld. Anders zou de samenleving veel te ‘clean’ worden. Zo heeft ieder dorp zijn dorpsgek, alleen in een stad zijn het er wat meer.
Maar mensen die stelen mag je van mij gerust een tijdje opsluiten. Of mensen die anderen lastig vallen. Wie niet wil horen moet maar voelen. Maar of je er wat mee bereikt? Mensen hebben meer aan ondersteuning dan aan straf. En die ondersteuning moet individueel zijn, niet gestandaardiseerd. Want je kunt daklozen niet over één kam scheren, iedereen heeft zo zijn eigen problemen.
Verder ben ik het met Verdaas eens dat er te veel regels zijn. Ik moet me bijvoorbeeld elke week melden bij de sociale dienst, wat een onzin. De sociale dienst, de reclassering en de woningbouwcorporaties moeten juist meer samenwerken en niet overal een probleem van maken. Alles lijkt nu zo gecompliceerd, een beetje positieve energie, daar bereik je bij daklozen veel meer mee.
Zelf zou ik best een kamer willen huren voor 200 euro. Maar je bent al gauw 500 euro kwijt voor een paar vierkante meter. Dat vind ik zonde van mijn geld. Ik zie trouwens ook alleen maar bordjes ‘te koop’ staan. Dus als Co Verdaas voor meer goedkope woningen kan zorgen: toppie!
© Janneke Donkerlo

Foto: Stijn Decorte
1. Een grote nadruk op het vergaren van kennis. Er is veel te weinig kennis over daklozen, vindt de gemeente Rotterdam.Van iedereen moet daarom een dossier worden bijgehouden, zodat het duidelijk is wie ze zijn en waar ze uithangen.Wethouder Van den Anker van Leefbaar Rotterdam wil een centraal orgaan oprichten dat alle informatie over daklozen bundelt. Deze ambitie om iedereen in kaart te hebben, liefst in één groot datasysteem, vind je ook in Engeland terug. Daar worden van elke dakloze die met de politie in aanraking komt naam, geboortedatum, foto, vingerafdrukken en DNA-profiel opgeslagen in een digitaal datasysteem. Daarnaast worden op vaste tijdstippen alle buitenslapers geteld.
2. Iedereen in een traject. Net als de Engelse bestuurders wil de Rotterdamse wethouder Van den Anker iedereen ‘in een traject’ hebben: eerst in een opvanghuis, afkicken, dan naar een gewoon huis, inclusief woonbegeleiding, dagbesteding en het liefst uiteindelijk een gewone baan. De Engelse regering heeft hier overigens ook veel geld voor over.
3. Preventie is in beide steden ook belangrijk. Voorkómen moet bijvoorbeeld worden dat mensen te hoge schulden krijgen, en daardoor uit huis geplaatst worden. Jaarlijks zijn er 1200 uithuiszettingen in Rotterdam, vaak als gevolg van huurachterstand en schulden.
4. Bedelverbod. Bedelen wordt in beide steden streng aangepakt. Gemeente en politie van Rotterdam willen alle bedelaars het centrum uit hebben. Sinds 2003 geldt in Rotterdam een bedelverbod. De politie deelde in 2003 bijna 400 boetes uit aan bedelaars. Bij herhaalde overtredingen kunnen bedelaars drie maanden gevangenisstraf krijgen. De Engelse politie beschikt sinds kort over een forse maatregel om bedelen uit te bannen: de Anti Social Behavior Order, kortweg ASBO. Met die wet worden allerlei vormen van antisociaal gedrag – wat dat precies is, daar laat de wet zich niet over uit – bestreden. Daklozen die volharden in bedelen, of ander storend gedrag, en daarvoor driemaal worden opgepakt, belanden door de ASBO voor maximaal vijf jaar in de cel.
In 2004 startte in Rotterdam een antibedelcampagne, waarin burgers werden aangemoedigd om niet aan bedelaars maar aan organisaties te geven, onder het motto ‘Geef om hem, niet aan hem!’ Ook in Engeland wil men de bedelaars van de straat hebben. Er liepen diverse antibedelcampagnes onder het motto ‘Diverting Charity’: geef niet aan bedelaars, maar aan organisaties. In de meest recente daarvan wordt onverbloemd gesuggereerd dat geven aan bedelaars eigenlijk moord is: op een affiche wordt bedelen afgeraden als zijnde een vriendelijke moord: ‘Killing with kindness’.
5.Terugstuurbeleid. Daklozen die niet uit Rotterdam of Londen-centrum komen, worden naar hun oorspronkelijke woonplaats teruggestuurd.
6. Oorlog met de kerk. De lokale overheid verkeert in beide steden op voet van oorlog met sommige kerkelijke organisaties. Rotterdamse bestuurders liggen voortdurend in de clinch met de Pauluskerk. Ze vinden dat de Pauluskerk het daklozenbestaan te veel bevestigt en mensen te weinig stimuleert om een ander leven te gaan leiden. Daarmee verhindert de Pauluskerk de pogingen van de gemeente om daklozen en bedelaars uit het centrum te weren. Dankzij de Pauluskerk stikt het juist van de daklozen en bedelaars in de omgeving van het Centraal Station en de grote winkelstraten. Onder druk van de gemeente is de Pauluskerk overgegaan tot een pasjessysteem, waardoor niet langer iedereen zomaar kan binnenlopen. Daklozen moeten van de kerk een pasje hebben ontvangen – waarmee er enige controle is op het aantal en soort bezoekers.
Ook in Londen zijn de kerken de grootste tegenstanders en vijanden van het beleid. De Engelse beleidsmakers besteedden van meet af aan veel energie aan het terugdringen van de hoeveelheid uitdelingen van voedsel, drinken en kleding door veelal kerkelijke vrijwilligers. Soep uitdelen, noemt de overheid dat steevast denigrerend. Er zijn veel te veel van die ‘soupruns’, vinden ze, en bovendien houden ze daklozen vast in de straatcultuur. Ze ontnemen hun de noodzaak om hun leven te veranderen, ze houden ze passief en afhankelijk. Alle ‘soupruns’ werden in kaart gebracht en de vrijwilligers kregen het dringende advies om te stoppen met soep uitdelen, omdat ze daarmee enkel hun eigen schuldgevoel afkopen en dakloosheid instandhouden. De ‘soupruns’ zijn nu bijna allemaal verdwenen. Maar het heeft veel kwaad bloed gezet bij de kerken en vrijwilligers.

Controlecultuur
Hoe kunnen we deze opvallende overeenkomsten tussen het door Leefbaren gedomineerde bestuur van Rotterdam en het sociaal-democratische bestuur van Engeland verklaren? En wat zegt dat over de plaats die daklozen in de hedendaagse samenleving innemen, en over de plaats van beleid gericht op empowerment en bestrijding van uitsluiting?
De Engelse socioloog David Garland zou niet van zijn stoel vallen van deze overeenkomsten tussen Rotterdam en Engeland, ondanks hun zo verschillende politieke regimes. We leven momenteel in een controlecultuur, betoogt Garland in zijn boek The culture of control (2001). De jaren vijftig, zestig en zeventig van de vorige eeuw vormden een lange periode van toenemende individuele vrijheid en toenemende consumptie en van het loslaten van sociale en culturele beperkingen. Die toenemende vrijheid ging echter ook gepaard met grotere onzekerheid, minder sociale samenhang en sociale controle, en stijgende criminaliteit. Dit creëerde angst over het uiteenvallen van het gezin, het loslaten van individuele zelfbeheersing en van institutionele discipline. De zoektocht naar vrijheid werd overschaduwd door een nieuw gevoel van wanorde en ontbrekende controles.
Deze risicovolle samenleving is de voedingsbodem voor onze hedendaagse obsessie met controle. Met segrereren, uitsluiten, en monitoren van riskante individuen, met het isoleren van gevaarlijke populaties, en met het instellen van situationele controles in anders open settings. Controle wordt opnieuw benadrukt in vrijwel ieder aspect van het sociale leven. Ook de gebouwde omgeving is steeds meer ontworpen om de ruimte te beheersen en mensen te scheiden. Alom zijn er pogingen om de deksel weer op de nieuwe wanordelijke wereld te doen. Er worden steeds meer ruimtelijke, situationele, management-, systeem-, sociale en zelfcontroles opgelegd.
De heersende, angstige middenklasse is ervan overtuigd dat het noodzakelijk is om een nieuwe orde op te leggen, maar is niet bereid om consumptiekeuzes of individuele vrijheden aan banden te leggen. Erop uit om de eigen veiligheid te verzekeren, maar niet bereid om meer belasting te betalen of de veiligheid van anderen te garanderen. Verontwaardigd over egoïsme en antisociale houdingen maar gehecht aan een marktsysteem dat die houding juist produceert. En die middenklasse zoekt dus de oplossing voor de onveiligheid in het controleren van de armen en marginalen. Het zijn daarom volgens Garland vooral armen in de steden, die object van controle worden: de bijstandsaf jaar straf en hulp zoveel dichter naar elkaar toe gegroeid waren. Hoezeer ze met elkaar verweven waren geraakt. Empowerment en repressie staan dus niet tegenover elkaar, maar liggen in elkaars verlengde. In de charitatieve benadering raakt het geduld niet op, omdat de verwachting laag was.

Foto: Emin Ozkon
De controlecultuur drijft op een sterk geloof in de maakbaarheid van de samenleving én het individu. Orde is mogelijk, alles kan en moet kloppend gemaakt worden, iedereen moet in een systeem passen. Alle tochtplekken van een systeem moeten worden gedicht. Er is een grote ijver voor verbetering, maar ook een grote intolerantie voor oneffenheden. Voor tochtplekken. De redding zit in het systeem, en iedere oneffenheid moet worden opgespoord en gerepareerd. De charitatieve benadering daarentegen gaat juist uit van onvolkomenheid. Van de gebrokenheid van het bestaan. Dat het nooit helemaal passend gemaakt kan worden. Dat het altijd ergens zal tochten. Dat de redding niet zit in enig systeem, maar in menselijke relaties.
Op straffe van permanente uitsluiting
Empowerment en repressie staan zo beide tegenover een meer charitatieve benadering, waarin vooruitgang en verbetering niet vooropstaan. Ook bepaald niet ideaal: vooruitgang en verbetering worden in een charitatieve benadering soms te veel genegeerd, waardoor mensen te veel in hun beroerde situatie blijven steken. Maar een sterk punt van de charitatieve benadering is dat er ook begrip is en blijft voor mensen die niet mondig en verantwoordelijk zijn en het ook nooit worden. Die hun kansen niet grijpen, omdat ze het niet kunnen of niet willen, of door een onduidelijke combinatie van beide. Empowerment heeft meer met repressie gemeen dan ons lief is. En daarom moet empowerment zijn eigen beperkingen kennen en waardering houden voor de meer charitatieve benadering.
Evelien Tonkens is redacteur van TSS. Lia van Doorn werkt bij het NIZW en is tijdelijk als onderzoeker verbonden aan het Institut National d’Etudes Démographiques in Parijs.
De geschiedenis herhaalt zich weer daar waar de Elite bestaande uit een monarchistische dictatuur en hun hofnarren wel even het lot bepalen van arme burgers die juist door het handelen van die elite in de maatschappelijke problemen zijn gekomen en daarom is de PVV en Wilders geen haar beter,hier geld alleen het eigen hachje en het maskeren van hun Calimero-complex.
Weinig bijval voor ‘tuigdorp’ voor veelplegers

Update: donderdag 10 feb 2011, 16:45
De PVV wil dat er in elke provincie een speciaal ” tuigdorp” komt voor veelplegers, ver buiten de stad. “Asociale veelplegers” zouden daar in containers moeten wonen.
PVV-leider Wilders wil dat mensen die in twee jaar minstens drie keer in de fout gaan in afwachting van hun zaak naar een zogenoemd tuigdorp gaan.
Schorriemorrie
De VVD ziet geen heil in het plan. Volgens het VVD-Kamerlid Hennis-Plasschaert wordt het probleem niet opgelost, maar verplaatst.
Volgens het CDA zijn er ook bestaande regels om hardnekkig daders aan te pakken, zoals het gebiedsverbod en gedwongen verhuizing. Het CDA-Kamerlid Cörüz ziet wel wat in campussen om jongeren aan te pakken, maar niets in aparte asodorpen.
Skaeve Huse
“In deze skaeve huse wonen vaak oudere alleenstaande mannen, tussen de dertig en zestig jaar, die te veel overlast bezorgen”, zegt Jeroen Singelenberg van de SEV, de Stuurgroep Experimenten Volksgezondheid. Het SEV is betrokken geweest bij de ontwikkeling van wooncontainers voor aso’s in Nederland.
Gestopt
“Het is lastig om goede terreinen voor deze containers te vinden. Ze moeten toch 100 meter van andere huizen afstaan”, zegt Singelenberg. Gemeenten en projectontwikkelaars vrezen ook waardeverlies van de grond. “Er moet dan wel een stevige bestuurder zitten om de weerstand weg te halen en te zeggen dat er dergelijke woningen moeten komen.”
Maatschappij van Weldadigheid
In 1818 werd de Maatschappij van Weldadigheid opgericht door generaal Johannes van den Bosch die de armoedige gezinnen na de Franse overheersing wilde helpen. Van den Bosch kocht in Drenthe woeste grond aan zodat de armen deze konden ontginnen. Het Huis Westerbeek op het landgoed Westerbeeksloot in het huidige Frederiksoord, werd het bestuurlijk centrum van de Maatschappij van Weldadigheid.
Inhoud |
Verzoekschrift aan Koning Willem I tot oprichting van de Maatschappij van Weldadigheid
Een aanzienlijk getal onderdanen van Uwe Majesteit hebben zich vereenigd om een Maatschappij van Weldadigheid opterichten onder de bescherming van zijne Koningklijke Hoogheid Prins Frederik, met oogmerk om aan de talrijke klassen van behoeftige ingezetenen arbeid te verschaffen en zulks in de Eerste plaats door middelen van Fabriekmatige inrichtingen ter vervaardiging van zoodanige goederen, die geheel of grotendeels van Buitenlands worden ingevoerd, het debiet daarvan te verzekeren door eene Vrijwillige overeenkomst der Leden van de Maatschappij, om Jaarlijks eene zekere hoeveelheid stoffen op deze wijze vervaardigd tegen gezette prijzen te ontvangen, ten Tweede door het ontginnen en Vruchtbaar maken van nog ongecultiveerde gronden in ons Vaderland, en daarop bij wijze van Colonisatie over te brengen zoodanige Armen die voor dezen arbeid geschikt geoordeeld worden”.
(Aanhef van een door Johannes van den Bosch ondertekend verzoekschrift in 1818)[1]
De proefkolonie
De vrije kolonies
Kolonisten konden als beloning voor vlijtigen arbeid en goed gedrag een koperen, zilveren of gouden medaille verkrijgen, met daaraan een jaarlijks geldbedrag verbonden van respectievelijk 2,5, 5 en 10 gulden. Wie kon aantonen, dat hij van de opbrengst van zijn land en vee voldoende kon bestaan verkreeg de zilveren of gouden medaille en kon bevorderd worden tot pachter of vrijboer. De aanstelling tot wijkmeester of plaatsing als hoevenaar op een der grote boerderijen bij Ommerschans of Veenhuizen was vervolgens een lonkend perspectief. [4]
Desperado-kolonies
Armoedebestrijding in de negentiende eeuw
Voor de kolonisten betekende plaatsing in de zogenaamde “vrije kolonies” een geweldige ingreep in hun leven. Velen werden letterlijk vanuit de grote stad ‘overgeplant’ in een voor hen vreemde omgeving als het Drentse platteland. Sommigen wisten zich goed te redden, maar anderen keerden weer graag terug naar de plaats van herkomst.
- De kolonist Pieter Arends vond dat het leven in de kolonie hem mooier was voorgespiegeld dan het in werkelijkheid was. Toen hij hierover zijn beklag deed in een brief aan zijn zuster kwam dit de leiding van de kolonie ter ore. Het kwam hem op een flinke schrobbering van de directeur van de kolonie (Benjamin van den Bosch, broer van Johannes) te staan, die geen goed woord voor hem over had en hem “een grote domme luiaard’ noemde. Uiteindelijk wist Arends toch de positie van vrijboer in Ommerschans te bereiken. [6]
Kritiek op de kolonies
Het initiatief van Johannes van den Bosch werd het sterkst bekritiseerd vanuit conservatief christelijk hoek. Met name de Réveil-beweging was van oordeel dat de mens niet mocht ingrijpen in de door de God beschikte ordening. Dirk van Hogendorp, leerling van Willem Bilderdijk, die met zijn vriend Jacob van Lennep de kolonies bezocht, was van mening dat de Maatschappij van Weldadigheid, omdat ze niet godsdienstig was, wel ten onder zou moeten gaan. Ook Isaac da Costa en Ottho Gerhard Heldring waren felle bestrijders van de ideeën van Van den Bosch. Naar hun opvatting maakten armen en hulpbehoevenden deel uit van de samenleving, opdat rijken en welgestelden hun barmhartigheid konden betonen als blijk van christelijke naastenliefde.
Strafkolonies
In Veenhuizen en Ommerschans werden strafkolonies opgericht. Hier werden landlopers en bedelaars opgesloten en aan het werk gezet. Maar ook kolonisten konden hier terechtkomen, bijvoorbeeld als straf voor drankmisbruik, ontucht, verkwisting, brutaliteit of desertie. In 1859 werden de kolonies overgenomen door de Nederlandse staat. In 1890 werd Ommerschans gesloten. Veenhuizen is vandaag de dag een gewone gevangenis.
- Van 1896 tot 1901 werd in Veenhuizen en Ommerschans de signalementskaart ingevoerd. De bedenker van dit systeem was de Fransman Alphonse Bertillon (1853-1917). Hij was van mening, dat op basis van nauwkeurige lichaamsmetingen de identiteit van het individu vastgelegd kon worden. Op dit eenvoudige theoretische principe bouwde Bertillon een gecompliceerde identificatie methode, waarin lichaamsmetingen centraal stonden. Omdat het menselijk individu niet in getallen alleen te vangen is, waren aanvullende beschrijvingen op deze signalementskaart noodzakelijk. [7] noot: Vergelijk de signalementskaart maar met het BSN en elektronisch patienten dossier anno 2011 en wie praat dan nog over het zelfbeschikkingsrecht van burgers
De Zuidelijke Nederlanden
In navolging van de Drentse kolonies werden ook in de Zuidelijke Nederlanden soortgelijke initiatieven ontplooid. In Wortel werd in 1822 een vrije kolonie en in 1825 in Merksplas een onvrije kolonie opgericht door Johannes van den Bosch. De kolonie van Wortel is na de Belgische Revolutie geheel afgebroken. Op deze locatie werd in 1881 een landlopersgesticht gevestigd, dat nog beperkt als zodanig dienst doet. De kolonie van Merksplas is thans een strafinrichting en een centrum voor uitgeprocedeerde asielzoekers.[8]
Tegenwoordig
In de 20e eeuw werden voor onmaatschappelijken woonscholen opgericht, die zich juist wel in de grote steden bevonden.
De Maatschappij van Weldadigheid is tegenwoordig (2003) een stichting en beheerder van 1400 hectare cultuur- en bosgrond, waaronder een deel van het Nationaal Park Drents-Friese Wold. In het museum De Koloniehof in Frederiksoord laat de Maatschappij zien wat het leven in de koloniën inhield. En in een database kunt u nagaan of een van uw voorouders in de koloniën heeft gewoond en gewerkt.
Literatuur
- Westendorp Boerma, Dr. J.J. Johannes van den Bosch als sociaal hervormer, de maatschappij van weldadigheid uitg. P. Noordhoff, Groningen, 1927 (ook uitgegeven als proefschrift door Ipenbuur & van Seldam, Amsterdam, 1927)
- Kloosterhuis, C.A. De bevolking van de vrije koloniën der Maatschappij van Weldadigheid uitg. De Walburg Pers. Zutphen, 1981, ISBN 90-6011-026-9
- Berends, R. (et al.) Arbeid ter disciplinering en bestraffing: Veenhuizen als onvrije kolonie van de Maatschappij van Weldadigheid 1823-1859 uitg. De Walburg Pers. Zutphen, 1984, ISBN 90-6011-327-6 (hierin opgenomen De koloniën van weldadigheid te Ommerschans en Veenhuizen, naar waarheid geschetst door T.L. Hoff uit 1839)
- Schackmann, Wil De proefkolonie uitg. Mouria, Amsterdam, 2e druk 2008, ISBN 978-90-458-0061-5
- Jansen, Suzanna Het pauperparadijs: een familiegeschiedenis uitg. Balans, Amsterdam, 31e druk 2010, ISBN 978-94-6003205-9
De proefkolonie‘Zwaar en traag, oneindig traag, schommelen de ossen over het zandpad dat van Steenwijk naar Vledder voert. Twee aan twee trekken ze een platte kar over de ongelijke weg. Naast de voorste ossen wandelt de drijver, op de karren houdt een bont gezelschap zich in evenwicht.Mannen, vrouwen – van wie eentje hoogzwanger – en kinderen. De meesten met niet meer bij zich dan hun lijfgoed, een enkeling koestert het familiebezit in een plunjezak. De jongste is Jannetje Metz uit Amersfoort, twee jaar en een paar maanden, de oudste de eenenvijftigjarige Jan Cornelis Westerveld uit Broek in Waterland.
Het is donderdag 29 oktober 1818. Het aan weerszijden voorbij sukkelende Drenthe is een eenzaam land. Uitgestrekte heidevelden, afgewisseld met zandverstuivingen en bosjes, slechts af en toe een geïsoleerde hoeve met bomen eromheen. Hier begint hun nieuwe leven, hier zullen zij worden opgevoed tot betere mensen, hier zullen zij ‘allengkens worden opgebeurd uit de zedelijke verbastering’ waar zij door hun armoede in terechtgekomen zijn.’ Dit is het begin van Frederiksoord, de eerste kolonie die door de Maatschappij van Weldadigheid is gesticht. In deze nederzetting wilden zij verarmde landgenoten uit heel Nederland ‘opvoeden’ en een kans geven op een beter leven. En zo begint ook het boek |
Informatiepunt arbeid en sociale zekerheid
De weblog van dit informatiepunt is opgezet door de Vereniging Bijstandsbond Amsterdam en verbonden met de website van die vereniging. Zie http://www.bijstandsbond.org Op deze weblog worden regelmatig nieuwtjes gepubliceerd die te maken hebben met arbeid en sociale zekerheid of er wordt commentaar geleverd op nieuws van anderen
dinsdag, november 18, 2008
Ook daklozen slachtoffer dwangarbeid
Ruud Donker – 17.11.2008 13:15
In Nederland is dwangarbeid een zeer geliefd middel van gemeenten om maatschappelijk minder geslaagden in het gelid te houden. De Arnhemse rechtbank heeft hieraan onlangs gelukkig enigszins paal en perk gesteld, maar de gemeenten geven zich niet zomaar gewonnen. Ook daklozen zijn sinds jaar en dag de pineut.
OOK DAKLOZEN GEDWONGEN TOT DWANGARBEID
Uit onderstaande reactie op een artikel in NRC-Handelsblad van 4 november jl., waarin de uitspraak van de Arnhemse rechtbank van 08-10-08 wordt besproken dat gemeenten niet zomaar bijstandsgerechtigden gedwongen te werken mogen stellen, blijkt dat ook daklozen in Nederland de dupe zijn dit beleid van de gemeenten:
“Ik verblijf in Zwolle in een nachtopvang Nel Banninkhuis en overdag in de dagopvang Bonjour van het Leger des Heils en daar worden dak en thuislozen waaronder asielzoekers aan het werk gezet met papierprikken wat hun 5 euro per uur oplevert. Dit onder het mom van sociale activering maar wat erop neerkomt dat zij de rotzooi op moeten ruimen die andere burgers op straat en in parken achterlaten.
Bij de opvang aan de Pannekoekendijk worden daklozen verplicht om vanaf 9.30 tot 12.30 uur ook papier te prikken wat hun over 3 uur werk ook maar 5 euro oplevert en waarbij de daklozen constant worden gecontroleerd of zij niet gaan zitten. Zelfs in de stromende regen zijn zij verplicht om papier te prikken.
Deze verplichting wordt hun opgelegd met het CAD, Leger des Heils, in samenwerking met de CDA wethouder Zorg en Welzijn en maatschappelijke opvang de heer. E. Dannenberg, voorheen directeur van het CMO Zwolle van het Leger des Heils Ook in Zwolle opgericht het uitzendbureau Paurpus bv. voor de zogenaamde bijzondere doelgroepen waaronder dak en thuislozen vallen.
Daklozen worden verplicht om 4 dagdelen van elk 8 uur per dagdeel zware werkzaamheden te verrichten en krijgen daar per uur 50 eurocent voor. Komt de dakloze niet opdraven voor deze werkzaamheden
dan word hij of zij gekort op de uitkering voor levensonderhoud of de uitkering word stopgezet.
De dakloze mag maximaal 20 euro per week verdienen bovenop zijn uitkering met dit gegeven dat daklozen maanden moeten wachten op toewijzing van een uitkering en waarbij een voorschot van 90% niet word toegekend op de uitkering tot de rechtmatigheid is bewezen. De eerste Kamer heeft besloten dat met ingang van januari 2007 de bijstandsgerechtigde recht heeft op dit voorschot voor levensonderhoud. Veel gemeentes houden zich niet aan deze verplichting
Het gegeven van de slavenarbeid bij Pauropus bv ligt bij de Vakcentrale FNV en Tweede Kamerfracties, maar er word niets mee gedaan. Pauropus bv. is opgericht door ambtenaren van de afd. bijzondere doelgroepen Zwolle in 2004 en werd ondersteund en gesubsidieerd door het ministerie van SZW.
Daklozen worden ook onbetaald te werk gezet in en rondom de WRZV- hallen voor het opbouwen van evenementen en de kerk op zondag en bardiensten op feestavonden en tijdens het zaalvoetbal door de stichting SSW die de hallen beheert en de Hr. Joop van Ommen directeur van deze hallen die hij huurt van de gemeente Zwolle en waar deze Joop van Ommen al jaren beweert dat hij een praktisch opgeleid hulpverlener is met verstand van de psychiatrie en zogenaamd sociaalbevlogen is met het lot van dak en thuislozen maar waar het alleen omgaat om de subsidies voor eigen gebruik.
Dit is een algemeen publiek geheim dat ontkend word door het gemeentebestuur die de welzijnswet van 1994 niet heeft nageleefd mede omdat er geen toezicht is vanuit de Rijksoverheid op het autonoom beleid van gemeentes en waar de 43 centrumgemeentes die zich bezig houden met maatschappelijke opvang de niet geoormerkte specifieke uitkering voor de opvang voor andere doeleinden gebruikt hebben te controleren via de gemeentelijke rekenkamer commissies.
Christelijke partijen binnen het college van B&W en de gemeenteraden kennen de subisidies toe aan hun geloofsgenoten van de zogenaamde Christelijke Welzijnsorganisaties het leger des Heils etc. en hebben daar nog persoonlijke belangenverstrengelingen bij zoals werkgelegenheid en inkomsten zie webtitel: http://www.groephop.nl/zwolle.htm
.
Uberhaupt is er in Zwolle geen 24 uursopvang met zorg en hulpverlening voor dak en thuislozen en wordt de opvang uitbesteed aan het Leger des Heils en een illegale opvang de Herberg achter de WRZV- hallen in Zwolle waar de drie Zwolse woningcorporaties woonunits financieren met huurdersgeld en waar RIBW Zwolle e.o. beweert zorg en hulpverlening te bieden aan dak en thuislozen wat niet zo is en waar deze Herberg 153.000 euro ontvangt van de gemeente voor 15 slaapplaatsen.
Inlichtingen te verkrijgen bij de landelijke vereniging voor thuislozen te Amsterdam lvt@thuisloos.net En de nachtopvang Nel Banninkhuis is niet geschikt voor verblijf en overnachting en waar de verwarming al maanden kapot is en waar de Inspectie voor de Gezondheidszorg niet komt controleren.”
R. Donker, Zwolle
posted by Bijstandsbond at 9:29 AM
Als vele anderen kijkt Louc Hobbema kritisch naar het gedrag van de elite om de PVV buiten de macht te houden. Hij ziet er een lange termijn beleid in. Alles in het teken van Willem Alexander.

Geen Woning Geen Kroning, the sequel.
-door Louc Hobbema-
De inhuldiging
Het is inmiddels ruim 30 jaar geleden dat onze huidige vorstin op een zonnige dag in Amsterdam werd ingehuldigd. Hoewel er in de ochtenduren nog sprake was van een feeststemming sloeg de stemming al vrij snel om. Over wat er daarna gebeurde staat op de wikipedia-pagina het volgende te lezen. “Het kroningsoproer’ of de kroningsrellen van 30 april 1980is / zijn een van de grootste ordeverstoringen of rellen in de Nederlandse geschiedenis in vredestijd.” “Het Kroningsoproer kan gezien worden als een omwenteling, de massaliteit van de rellen was ongekend in Nederland en vormde vooral voor de kraakbeweging een aanzet tot verdere radicalisering. De jaren 1980-1985 zijn de gewelddadigste in de geschiedenis van de kraakbeweging, slechts enkele malen daarna is het nog tot geweldsexplosies gekomen met als grootste uitbarsting de ontruiming van het Wolters-Noordhoffcomplex in Groningen. Ook voor de politie betekende het kroningsoproer een omwenteling. Politiekorpsen, ME en justitie hebben een andere benadering van groepsgeweld gezocht. Politiek gezien was het thema woningnood niet meer te ontkennen, de leus ‘geen woning, geen kroning!’ heeft zijn uitwerking niet gemist.”
De maatschappelijke onvrede
De kroningsrellen in 1980 kwamen voort uit de maatschappelijke onvrede over de woningmarkt die, net als vandaag trouwens, volledig op slot zat. Het negeren van deze onvrede door de politieke elite leidde op 30 april 1980 tot een ongekende uitbarsting van geweld. Anno 2010 is de maatschappelijke onvrede vele malen groter als in 1980. Toch hoeft Prins Willem de Bierdrinker zich geen zorgen te maken over een nieuwe geweldsuitbarsting. Mensen stemmen anno 2010 op de PVV of de SP om hun onvrede over en afkeer van de politieke elite kenbaar te maken. Waar Prins Willem de Bierdrinker zich wel ernstig zorgen over moet maken is dat de PvdA-onderkoning van Nederland de 100.000 euro vraag “Kan Nederland om Wilders heen?” volmondig met Ja heeft beantwoord. De historie zal uitwijzen dat de onderkoning van Nederland vlak voor zijn pensioen de grootste fout heeft gemaakt in zijn lange loopbaan.
Moeilijke formatie? You ain’t see nothing yet.
Iedereen die denkt dat de huidige formatie moeilijk en complex is vergist zich. De toekomst zal zeer waarschijnlijk uit wijzen dat de formatie 2010 een van de makkelijkste is van de komende 10, 20 jaar. Sinds de verkiezingen is de PVV 11 zetels gestegen, Maurice de Hond heeft voor de derde keer in een paar maanden bevestigt dat inmiddels 1 op de 3 Nederlanders overweegt Wilders te gaan stemmen. En de komende 4 jaar zal blijken dat mooie woorden als “ombuigen”, “hervormen” en “orde op zaken stellen” in de praktijk betekent dat er 4 jaar lang keihard zal worden bezuinigd. De kans dat bij de volgende landelijke verkiezingen er een uitslag uit de bus rolt waarbij de PVV veruit de grootste partij van Nederland is geworden is groot, zeer groot.
De formatie 2014
Wat mogen we verwachten van de formatie in 2014. Allereerst zal op de ochtend na de verkiezingen Bernard Wientjes, net als in 2010, in een interview met het NOS-journaal verklaren dat er eerst met de grote winnaar van de verkiezingen Wilders moet worden gesproken maar dat daarna de VVD en de PvdA snel samen aan de slag moeten. Vervolgens krijgen we 2 weken “hard to get voor gevorderden”. De VVD zal zich naar alle waarschijnlijkheid bereid tonen deel te nemen aan een regering Wilders, het CDA zal wederom de stoel leeg laten en de 3 linkse partijen PvdA, D66 en Groen Links zullen wederom een samen uit, samen thuis-afspraak maken om op deze manier de macht naar zich toe te trekken. Vervolgens zal de opvolger van Willink ingrijpen “in het landsbelang” en Koning Willem de Bierdrinker adviseren dat er een coalitie moet worden gevormd uit “de 5 partijen uit het brede midden”. Een paar weken later kan dan Paars+ 2.0 van start.
De formatie 2018
Wat mogen we verwachten van de formatie in 2018. Allereerst zal op de ochtend na de verkiezingen Bernard Wientjes, net als in 2010 en in 2014, in een interview met het NOS-journaal verklaren dat er eerst met de grote winnaar van de verkiezingen Wilders moet worden gesproken maar dat daarna de VVD en de PvdA snel samen aan de slag moeten. Vervolgens krijgen we 2 weken “hard to get voor gevorderden”. De VVD zal zich naar alle waarschijnlijkheid bereid tonen deel te nemen aan een regering Wilders, het CDA zal wederom de stoel leeg laten en de 3 linkse partijen PvdA, D66 en Groen Links zullen wederom een samen uit, samen thuis-afspraak maken om op deze manier de macht naar zich toe te trekken. Vervolgens zal de opvolger van Willink ingrijpen “in het landsbelang” en Koning Willem de Bierdrinker adviseren dat er een coalitie moet worden gevormd met “de 5 partijen uit het brede midden”. Een paar weken later kan dan Paars+ 3.0 van start.
Je overdrijft!
Ik kan me er alles bij voorstellen dat u als lezer denkt dat ik een beetje doordraaf. Daar heeft u deels gelijk in. Bovenstaand scenario zal zich alleen voltrekken bij ongewijzigd beleid. Zover zal de politieke elite het niet laten komen. Maar op 2 punten ga ik zeer waarschijnlijk wel gelijk krijgen. Allereerst is de kans dat de PVV bij de komende 2 landelijke verkiezingen als grootste uit de bus zal komen ongekend groot. En daarnaast is de kans dat de PVV ook als grootste partij door de politieke elite tegen elke prijs buiten de regering zal worden gehouden ongeveer 100%. Nederland heeft op dit moment een once in a lifetime chance de PVV deel te laten nemen aan de regering in de vorm van gedoogsteun. Die kans zal er in de toekomst niet meer komen. Iedereen kan zelf wel bedenken dat het niet meer uit te leggen valt aan de kiezer als in een democratie een partij die veruit de grootste is geworden gedoogsteun moet gaan geven aan twee rechtse partijen die samen blij mogen zijn als men het zetelaantal van de PVV evenaart.
Willink is zich bewust van de risico’s.
Zowel in het bedrijfsleven als bij de overheid is het de standaard-procedure dat eerst een plan is opgesteld waarbij de risico’s op een rij worden gezet voor het plan de status definitief krijgt. Dit gebeurt aan de hand van een zogeheten risico-analyse. Hoe werkt zoiets in de praktijk.
Allereerst worden alle mogelijke risico’s geïdentificeerd. Dat kan op verschillende manieren. Een daarvan is met een man of 10 in een hok gaan zitten en iedereen om de beurt een risico te laten noemen net zo lang tot niemand meer een risico kan bedenken.
De volgende stap is inschatten hoe groot de kans is dat een risico zich daadwerkelijk voor zal doen.
Daarna moet per risico een inschatting worden gemaakt wat de impact is wanneer het risico werkelijkheid wordt.
Vervolg geldt dat risico = kans * impact.
Wanneer we ons concentreren op het risico dat de PVV bij de volgende 4 verkiezingen als grootste partij als de bus komt, ontstaat het volgende beeld.
Risico | Kans | Impact | Kans * Impact |
PVV wint PS-verkiezing 2011 | 9 | 2 | 18 |
PVV wint EU-verkiezing 2013 | 9 | 1 | 9 |
PVV wint GR-verkiezing 2014 | 2 | 4 | 8 |
PVV wint EK-verkiezing 2014 | 8 | 10 | 80 |
Toelichting
PVV wint PS-verkiezing.
De kans dat de PVV volgend jaar bij de PS-verkiezing als grootste partij uit de bus zal komen is, in mijn ogen, zeer hoog. De impact van dit risico is echter beperkt. Willink heeft dit risico achter de schermen ongetwijfeld al afgedekt. De Koningin heeft de informateurs nadrukkelijk gevraagd een coalitie te vormen die op “een vruchtbare samenwerking met de Staten Generaal kan rekenen”. Paars+ heeft op dit moment geen meerderheid in de EK en zal die meerderheid volgend jaar nagenoeg zeker ook niet gaan halen. Dit risico is door Willink achter de schermen op simpele wijze afgedekt door “de 5 partijen uit het brede midden” nog voor er een coalitie is gevormd te laten beloven dat de partij die uit de boot valt gedoogsteun zal geven in de EK. Hiermee is de impact van het risico dat de PVV de EK-verkiezing wint voldoende afgedekt.
PVV wint EU-verkiezing.
De kans dat de PVV over 3 jaar de EU-verkiezing wint is ook zeer hoog. De impact is echter minimaal. Of de PVV nu 1 of 20 zetels haalt bij de EU-verkiezing maakt niet uit. De zetels gaan allemaal op de grote hoop van de 700+ parlementszetels in Brussel. Het ergste wat er dus kan gebeuren bij een mega-overwinning van de PVV bij de EU-verkiezing is dat er een uiterst pijnlijk slotdebat moet worden gevoerd. Maar verder verandert er helemaal niets. Dus ook dit risico is voldoende afgedekt.
PVV wint GR-verkiezing
Het is niet waarschijnlijk dat de PVV bij de komende GR-verkiezing in alle gemeenten van Nederland mee zal doen. Sterker nog, het zou onverstandig zijn. Wanneer de PVV in alle gemeenten zou meedoen is de kans op LPF-toestanden ongekend groot. Verwacht mag worden dat de PVV bij de volgende GR-verkiezingen, naast Almere en Den Haag, in enkele andere grote gemeenten meedoet. Niet meer, niet minder. De impact zal daarom beperkt zijn. Dus ook over dit risico hoeft Willink niet wakker te liggen “in het landsbelang”.
PVV wint TK-verkiezing.
De kans dat de PVV, bij ongewijzigd beleid, de grootste partij wordt bij de volgende TK-verkiezingen is ongekend hoog in mijn ogen. Maar wat belangrijker is, de impact wanneer de PVV de volgende landelijke verkiezingen wint is extreem hoog. De politieke elite zal nooit meewerken aan een coalitie waarbij Wilders de Minister-President wordt. Ook is het uitgesloten dat de PVV met 35-40 zetels gedoogsteun kan gaan geven aan een coalitie van VVD en CDA die samen op ongeveer 40 zetels uitkomen. Dan is het enige alternatief dat er wederom een coalitie om de PVV heen wordt gevormd. Wat het gevolg zal zijn als Pechtold en Halsema als fractievoorzitters van de 6e en 7e partij van Nederland de formatie wederom naar hun hand kunnen zetten bij de volgende verkiezingen terwijl de PVV als grootste partij buitenspel wordt gezet laat zich moeilijk voorspellen. Nederland komt dan in “uncharted territory” terecht zoals de Amerikanen dat zo mooi noemen.
De toekomst laat zich niet voorspellen
Wanneer een linksmensch dit artikel leest zal hij honend reageren dat de toekomst zich niet laat voorspellen. Dat klopt maar dat wil niet zeggen dat de onderkoning van Nederland zich kan veroorloven de schouders op te halen bij het risico dat de PVV de volgende TK-verkiezing wint. Zelfs al is de kans dat de PVV als grootste partij uit de bus komt 20% dan nog zal hij maatregelen moeten nemen op dit risico te beheersen omdat de impact extreem hoog is. Kortom, Willink moet dit risico onder ogen zien of hij het nu leuk vindt of niet.
Een tweede argument dat de linksmensch zal gebruiken is dat er niks aan de hand is. Wanneer de PVV op 40 zetels uitkomt is er nog altijd een veel grotere groep die niet op Wilders heeft gestemd. Daarnaast zijn er voldoende zetels om een coalitie te vormen zonder Wilders.
Dat is allemaal waar.
De Koningin is ook maar een mens
Maar als onze Koningin de gewetensvraag moet beantwoorden welke 2 zaken voor haar het zwaarste tellen in het leven dan zal zij zeer waarschijnlijk zonder aarzelen antwoorden “het landsbelang” en “mijn kinderen in het bijzonder mijn oudste zoon”.
En als de Koningin vervolgens de vraag krijgt wat het allerlaatste is wat zij wil dan is het wel dat Koning Willem de Bierdrinker straks bij zijn eerste formatie te maken krijgt met een PVV van 40 zetels.
En toch is dat wat Koning Willem de Bierdrinker zeer waarschijnlijk te wachten staat door het onverantwoorde gedrag van de onderkoning van Nederland die de 100.000 euro vraag “Kan Nederland om Wilders heen?” voor de volle 100% met JA heeft beantwoord.
Wilders is de nieuwe Joop den Uijl.
Het antwoord van de PvdA-onderkoning van Nederland is fout. Nederland kan niet meer op Wilders heen. Het is weer jaren zeventig, er is een trendbreuk gaande. We bevinden ons op het einde van het tijdperk van “de maakbare samenleving”.
Wilders is de Joop den Uijl van een nieuw tijdperk, “de haalbare samenleving”.
11 reacties
-
cynicaldutchman zegt:
Een kleine aanvulling: De tweede kamer verkiezingen zijn niet over vier jaar, maar zeer waarschijnlijk eerder.
-
Rijk Daalder zegt:
Louc Hobbema: “Wanneer een linksmensch dit artikel leest zal hij honend reageren dat de toekomst zich niet laat voorspellen.”
– Maar scenario’s laten zich altijd schrijven, niemand doet iets anders. En dit is dan weer een zeer knap scenario.
Het meest fascinerende vind ik het vermoeden, dat Willink “de 5 partijen uit het brede midden” nog voor er een coalitie is gevormd zou hebben laten beloven dat de partij die uit de boot valt gedoogsteun zal geven in de Eerste Kamer.
Je laat ze deze weken zich in ieder geval ruiken aan de macht, zodat ze kneedbaar zullen zijn. Kostelijk. -
Rinus zegt:
Joost, briljant stukje nadenken, visie en argumentatie. En ach.. je schrijfstijl is ook niet onaardig. Bedankt!
-
kapotte rits zegt:
Al iemand stilgestaan bij de notie dat de elite zorgt voor de grootste ‘partij’, die der niet-stemmers? Als je zo een zeer substantieel deel van het electoraat kalt stelt, dan is het niet zo moeilijk de rest in de hand te houden, temeer omdat er toch veel mensen zijn die niet zonder de Heersende Kaste durven.
-
Jelle zegt:
De economische situatie is over 4 jaar nog beroerder dan nu, staatsschuld idem. Brengt een PVV-VVD coalitie dichterbij. Beetje water bij de CDA-wijn, iets wat Geert na de kopvoddentaks wel geleerd heeft, en klaar zijn we. Ik kom de komende 4 jaar (max.) wel door.
-
van Liefland zegt:
Kan die dikke plofkop van een WA niet weg? Genoeg! Voortaan stemmen we gewoon over wie er hier staatshoofd wordt. Mag hij zich kandidaat stellen.
-
erdebe zegt:
Wat een fantastisch artikel!!!
Ik ben dol op analyses en deze is er een om een puntje aan te zuigen -
Groene Leeuw zegt:
Joop schrijft altijd boeiende artikelen.Het goede nieuws was,dat Paars Plus van de baan is.We zijn aan een ramp ontsnapt.Nu de monarchie nog weg en dan wordt het een stuk beter in ons land.Koningshuizen houden niet van democratie.
-
K. Winkelaar zegt:
Het meest waarschijnlijke scenario is natuurlijk dat Wilders datgene zal overkomen wat oa. Maarten van Traa, advocaat Gerard Hamer en ook Jörg Haider is overkomen.
Een plotselinge hartstilstand, een noodlottig auto-ongeluk, een vervelend vliegincident. De Benno-brigade is nog springlevend, en zal zeker ingrijpen als Wilders echt te groot dreigt te worden.
De optie-Fortuyn, dus grof geweld, zal te opvallend zijn dit keer.
1 Trackback of Pingback
-
[…] Als vele anderen kijkt Louc Hobbema kritisch naar het gedrag van de elite om de PVV buiten de macht te houden. Hij ziet er een lange termijn beleid in. Alles in het teken van Willem Alexander. Reageren kan op artikel 7. […]